Inleiding. We gaan terug in de historie, toen de West-Friese omringdijk er nog niet was en Schagen nog dicht aan zee lag. Langs de moerassige kuststrook ontstonden kleine nederzettingen, welke later bediend werden uit Schagen door de toenmalige geestelijken.

Nu eerst het ontstaan van onze parochie. De eerste kerk en pastoor in Schagen, de Reformatie, het geestelijk leven in die tijd, de nieuwe pastorie en kerk en ter afsluiting: de Mariakapel aan de Keins en kerken uit de latere dorpen, Barsingerhorn, Haringhuizen en Valkkoog.

Het eerste kerkgebouw en geestelijke leiders. Zo tussen 678 en 800 zou men in onze streken al kennis gemaakt hebben met het christendom,  in die tijd stichtten de Benedictijner kanuniken van de Abdij in Egmond een klooster met kapel in Scagha. (op de plaats waar later het slot is gebouwd.)  Voor het overlijden van Graaf Dirk II in 988 heeft deze een geldbedrag geschonken aan de Abdij voor de bouw van een nieuwe kerk in Scagha. Over deze eerste Schager kerk welke op de Markt werd gebouwd is niet veel bekend, het moet een eenvoudig tufstenen gebouwtje geweest zijn, waarvan alleen bekend is dat deze een toren had, die van uit Petten zichtbaar was. De eerste pastoor van Schagen in het jaar 1357, die bij naam genoemd wordt in de geschiedenisboeken, was  Dirck Boudewijnsz. Uit het feit dat Arnout Buijs als 2de pastoor was aangesteld mag worden afgeleid dat het eerste kerkgebouw redelijk groot moet zijn geweest en dus een flink aantal parochianen telde. Volgens opgave uit die tijd waren er rond de negenhonderd communicanten.

De Christoforuskerk op de Markt.  Nadat Schagen op 12 mei 1415 stadsrechten had gekregen, kon rond het jaar 1450 Schagen pronken met een nieuwe kerk in het centrum van de stad. Een kerk met een vierkante toren, gebouwd van “grote rode moppen” met zware muren en fundamenten. Het schip van de kerk rustte op zware pilaren, verbonden door stenen booggewelven. De versiering bestond uit talrijke heiligenbeelden die geplaatst waren in nissen. De pilaren waren beschilderd en voorzien van Latijnse opschriften in gotische letters.

De heren en vrouwen van Schagen hadden in de Christoforuskerk hun eigen kapel en hieraan verbonden ook hun eigen geestelijke. Benoemd als pastoor in 1451 waren Warmbolt Gheerytsz en Jan Hughez. In de loop der jaren werd, volgens middeleeuwse traditie, de kerk voorzien van meerdere altaren.

Voor welgestelde personen was het een eer om begraven te worden onder rijk versierde zerken. Onder het koor bevonden zich de grafkelders van de familie Van Beijeren van Schagen.

De Reformatie. In de 16de eeuw komen de R.K. kerken in handen van de Gereformeerde Kerk. De Reformatie, ook wel Hervorming genoemd, was een godsdienstige beweging die zich voornamelijk richtte tegen de Katholieke Kerk en haar leer. Christendom en Kerk beheersten in die tijd de samenleving. Leiders als Luther (vanuit Duitsland) en Calvijn (vanuit Frankrijk) wilden de kerk van binnenuit hervormen. De gevolgen waren rigoureus: katholieke erediensten werden verboden, veel kerken gingen over in andere handen en geestelijke leiders, waaronder veel priesters, werden vervolgd. Dat leidde tot grote weerstanden. Zowel in Schagen als de tot de “Heerlijkheid Schagen” behorende R.K. kerken in Barsingerhorn, Haringhuizen en Valkkoog heeft de Reformatie diepe sporen nagelaten. Alle R.K. kerken kwamen in 1572, op last van de Staten Generaal, vrijwel geruisloos in handen van de Gereformeerden. Altaren en heiligenbeelden werden uit de kerk verwijderd. Pilaren werden witgekalkt zodat Latijnse teksten niet meer leesbaar waren. Nu stond de preekstoel centraal en niet meer het altaar. Een officiële overdracht heeft nooit plaatsgevonden. De katholieken mochten in de periode tussen 1572 en 1738 in het openbaar geen kerkdiensten meer houden..

Schuilkerken in Schagen. Na het verlies van hun kerk in 1572 werden er in het geheim vieringen gehouden in woningen en schuren van vrome katholieken. Bekend zijn de schuilkerken op de Loet, op de Lagezijde en de Hogezijde ( nu Gedempte Gracht ). Laten we ze bij elkaar maar het eerste tijdperk noemen van de katholieke eredienst tijdens de reformatie. De woning aan de Lagezijde kwam in 1648, na het overlijden van eigenaar Mr. Albert Frans Rijp, in handen van de parochie. Gedurende 80 jaar was deze woning het middelpunt van de katholieke eredienst totdat rond 1708 een schuilkerkje aan de Hogezijde in gebruik genomen werd. Door rijke giften van parochianen kwamen er steeds meer panden met bijbehorende grond in handen van de parochie.

Een belangrijk persoon in deze was Petrus Sibij, een niet onbemiddelde zoon van een “chirurgijn”. Hij was van 1733 tot 1756 pastoor in Schagen. Ook hij heeft een aanzienlijke bijdrage geleverd aan de uitbreiding van de parochiële bezittingen. Zo schafte hij een aantal zilveren kerksieraden aan, kocht in Antwerpen een prachtige preekstoel waarvan de kuip, u raadt het al, gedragen werd door een kolossaal Christoffelbeeld. In 1735 verliet hij zijn pastoorshuis aan de Lagezijde en ging wonen in een woning naast de kerk, waar nu de huidige Christoforuskerk staat.

Franciscaner kerk. Het tweede tijdperk heeft veel onrustige tijden doorgemaakt. Het is mogelijk dat er in die tijd ontevreden katholieken van mening waren dat de pastoors van de schuilkerken op de Loet, op de Hoge- en de Lagezijde het veel te druk hadden of er waren misschien wel andere motieven in het spel die leidden tot veel onderlinge spanningen. Toen die “ontevredenen” om een tweede priester vroegen, moest dat een Franciscaan worden en geen wereldheer. Na veel strubbelingen kwam pater Tiras, een Franciscaan uit Hoorn, naar de nieuwe schuilkerk, een schuur op het Lage Noord. Er speelden zich in en rond deze schuilkerk hachelijke taferelen af.

Zoals in 1638 toen pater Tiras tijdens een nachtviering op het Lage Noord danig lastig werd gevallen door enkele protestanten die ook in de kerk aanwezig waren. Ze wilden hem aanvankelijk gevangen nemen maar zagen er later toch vanaf toen de aanwezige gelovigen er zich massaal mee gingen bemoeien. Toen pater Tiras de volgende morgen per ijsslee terug wilde keren naar Hoorn werd hij “op een half uur afstand van Schagen” opnieuw door 6 gewapende mannen aangevallen. De pater viel in de sneeuw op zijn knieën, bad hardop en deed dat met zoveel devotie dat de gewapende bende ervan afzag om hem te doden. Hij arriveerde veilig in Hoorn.

De schuilkerk op het Lage Noord, ook wel de Franciscanenkerk genoemd deed dienst tot 1710. Toen vertrok de laatste Franciscaan uit Schagen. Bijna 60 jaar hebben de Franciscanen hier hun kerk gehad. Pater Henricus Gheys was, na 30 jaar priesterarbeid, als laatste priester vertrokken. Nadien werden er nog wel pogingen gedaan om een opvolger te krijgen maar dat mislukte.

Huidige Kerk. Het kerkje uit 1708 aan de Hogezijde (nu Molenstraat) voldeed op den duur niet meer. In 1850 werden door pastoor A. Heuvels plannen ingediend voor een nieuwe parochiekerk in Schagen. Hij kreeg in eerste instantie geen toestemming van de kerkelijke overheid. Men adviseerde hem om het oude kerkje aan te passen aan de huidige behoeften. De kerk werd in 1853 vergroot tot een kruiskerkje en voorzien van een torentje en voorts mocht er achter de kerk een begraafplaats worden aangelegd. Het zou nog bijna 30 jaar duren alvorens er toestemming werd gegeven om een nieuwe parochiekerk te bouwen.

Pastorie. De naast de kerk gelegen pastorie is gebouwd in 1861. Tijdens een zware Pinksterstorm in 1860 werden de meer dan 120 jaar oude woningen welke als pastorie dienst deden zwaar beschadigd en vervangen door de huidige pastorie, ontworpen door de bekende Leidse architect Theo Molkenboer (1796-1863) één van de meest productieve en invloedrijke katholieke kerkbouwers rond het midden van de negentiende eeuw, deze ontwierp o.a. de katholieke kerken van Tuitjenhorn (1859), ‘t Zand (1863) en Burgerbrug (1866). De bouw werd uitgevoerd door aannemer Klaas Blom. In de pastoriezaal hangt een schilderij van pastoor Lith, welke de bouw van de pastorie mogelijk maakte. (Foto: pastorie met kerk)

Toen de toenmalige pastoor van Schagen, Christophorus Philippona (1877-1887) tot bouwpastoor werd benoemd, was hij het die het kerkbestuur in contact bracht met de toendertijd zeer bekende architect Alfred Tepe. Deze had al diverse kerkgebouwen ontworpen waaronder de bij velen zeer bekende Jezuïetenkerk “De Krijtberg” in Amsterdam, maar ook die van Harlingen en Workum. Tepe ontwierp voor Schagen een prachtige neogotische kruisbasiliek.

Op zondag 10 mei 1881 werd de oude kerk uit 1708 officieel gesloten. Voorlopig kerkten de gelovigen in een noodkerkje achter de R.K. lagere school.

Op 20 September 1881 werd de eerste paal van 9 meter voor de nieuwe kerk geslagen, waarna er nog  530 volgden.  Op 4 Maart 1881 startte aannemer A. van Dommelen, als laagste inschrijver voor de som van f 110.000,–, met de bouw van de kerk

De kerk is 51.50 Mtr. Lang en 20.25 Mtr. breed, de muren van de zijbeuken zijn 9 Mtr. en van het middenschip 21.80 Mtr. hoog, terwijl de hoogte van de kap in het middenschip 24.50 Mtr is. De vierkante toren 7 x 7 Mtr. is 62 Mtr. hoog, waarvan 33 Mtr. muurwerk en 25 Mtr. voor de spits, met daar boven op het ijzeren kruis met haan van 4 Mtr., met armen van 2.20 Mtr.

Toen de muren van den toren op de hoogte waren, konden de drie klokken, welke Dhr. van Bergen, klokkengieter te Heiligerlee aangeboden had, geplaatst worden.

De eerste steen werd door de Zeer Eerw. Heer Ruscheblatt, Deken van Alkmaar, gelegd op dinsdag 18 April 1882 . Op zondag 21 oktober 1883 was een feestelijke dag voor de Christoforusparochie. De kerkinwijding, die met veel plechtigheden gepaard ging, werd verricht door Mgr. C.J.M. Bottemanne, bisschop van Haarlem.

 

Buurtschappen en omliggende dorpen. Tot de “Heerlijkheid Schagen behoorden de latere dorpen, Barsingerhorn, Haringhuizen, Kolhorn en Valkkoog en de omliggende buurtschappen de Keinse, de Tolke, en het poldertje Burghorn. Sommige hadden een kerk of kapel met een eigen pastoor of kapelaan. Later in de Katholieke tijd vormden in deze plaatsen eigen parochies, thans behoren ze nog steeds tot die van Schagen. Het weinige, wat we uit de kerkelijke geschiedenis hebben kunnen vinden, volgt hier:

De Keins. De kapel is gebouwd in 1519 op initiatief van pastoor Gerbrant Cornelisz en Joost van Borselen (echtgenoot van vrouwe Josina van Schagen) en betaald van het “offergeld” van bezoekende Maria vereerders. Helaas, werd de kapel in 1585 verwoest door Tate Gerritsz. We kennen de navolgende kapelaans, die er woonden en ook les gaven aan de kinderen uit de buurt. De Eerw. Heren; Aelbert (een Wieringer), Jan Blauw, Jan Fuick en Dirk Buijn

De Mariadevotie heeft na de verwoesting van de kapel een bescheiden voortbestaan gekend rond de waterput. In 1924 heeft de pastoor van Schagen, J. Heeswijk, het stukje grond gekocht waarop de waterput was gebouwd. In het Mariajaar 1954 heeft pastoor H. Brouwer het  initiatief genomen om de Mariakapel te herbouwen. De toenmalige bisschop van Haarlem monseigneur J.R Huiberts, zelf een groot Mariavereerder, gaf toestemming tot de bouw op 23 augustus 1954. Architect was de Jos Overtoom. Het Mariabeeld, vooraan in de kapel, is gemaakt door Jules Rummens uit Beesel (Limb.) Het oorspronkelijke (?) Mariabeeld staat in het Westfries Museum in Hoorn. De kapel is op 15 augustus 1956 (Maria Hemelvaart) door pastoor H. Brouwer ingewijd.

Zie ook bij kapel de Keins

Barsingerhorn. Deze kerk was van voor 1421 en genoemd naar de H.Laurentius. Wij kennen de navolgende pastoors: 1421. Thomas Janszoon, benoemd inplaats van Wijlen Eltet. 1494. Volguaert Claesz, oud 36 jaren. 1514. Laurens Dirxzoon, oud 33 jaren. Deze pastoor had omtrent 440 communicanten; tot de bezittingen der pastorie behoorden ook ruim acht morgen land. Deze kerk is na de Reformatie over gegaan in Protestantse handen en inmiddels gesloopt.

 

 

 

 

Haringhuizen. De H. Willibrorduskerk is een oude kerk maar kent wel veel bouwstadia. De eerste steen werd gelegd in 1325. Omdat de kerk begon te verzakken, werd tussen 1470 en 1475 een zo goed als nieuwe kerk gebouwd en in 1630 vergroot. Van haar pastoors kunnen we noemen; Pauwels Janszoon, die in 1514 achtendertig jaren oud, 140 communicanten had, en Gerardus Janszoon, die vroeger kapelaan was der Vicarie van de Heilige Maria Magdalena in de parochiekerk van Sijbekarspel. (Wadway)

Deze kerk is na de Reformatie over gegaan in Protestantse handen en wordt sinds 1988 beheerd door de Stichting Oude Hollandse kerken.

 

Kolhorn. Op 23 maart 1951 werd door de Zeereerwaarde Heer Alphons Hubert Harst (1894-1977) Deken van het dekenaat Schagen-Den Helder een klein hulp kerkje ingezegend aan de Waardpolderhoofdweg, om de parochianen uit Wieringerwaard en Kolhorn te bedienen.

De eerste steen werd gelegd door Mej. C.C.Blom Jbd. op 15 januari 1951. Het kerkje werd genoemd naar de Sint Laurentius. De diensten werden door de geestelijken uit Schagen en de door de paters van de Stichting Apostolaat Minderbroeders Noord-Holland verzorgd. Dit kerkje werd in 1985 gesloten.

 

Valkkoog 1650

Oude RK Kerk Valkkoog 1650

Valkkoog. De Sint Geertruijtkerk is een oude kerk maar kent meerdere bouwstadia. De eerste steen werd gelegd in de 14e eeuw de kerk was toen 85 voeten lang en 35 breed. Van deze parochie weten we niet veel te vermelden, vermoedelijk kunnen we stellen dat de polder Burghorn bij deze parochie behoorde.

Ook dat kleine, door den eerste Heer van Schagen ingedijkte poldertje, waar vele gezinnen woonden, had in die dagen van geloof zijn eigen geestelijke. Bij brief van 26 november 1507 vermaakte Jan van Schagen, heer van Burghorn, voor het waarnemen van de herderlijke zorg, vier en een halve geers land, genoemd de vijf akkeren, en dan nog een gars, mede in de ban (polder) van Burghorn, daarenboven de bruyckware (het gebruik) van de nieuwe weg en de ettinge (weide) van den nieuwe zoute zeedijk. Van hun kant verbinden de Schepenen, bij die zelfde brief, ieder jaar omtrent Kerstmis te geven, tien en een halve Rijnsen gulden en aan den Pastoor van Schagen, voor het verlies van een gedeelte zijner parochie, jaarlijks op de heilige Paasavond twee gouden hertog Philips gulden. Ten laatste beloven Heer en Schepenen, dat deze op hun kosten een nieuw priesterhuis zullen laten bouwen, maar als deze eenmaal klaar is zal de pastoor verplicht worden het te uden. Van het kerkje zelf weten wij alleen dat zij eertijds in de kerktoren een klokje had, dat volgens zijn opschrift gegoten was in 1280, toen Heer Alardus priester was in de stad Vroone. De klok werd stuk geluid, toen deze, in hun luidruchtige vreugde over het einde van de Spaanse oorlog, te hard werd geluid.  Op 20 juli 1654 1654 verklaren schepenen en regeerders van St.Maarten, Valkkoog en Eenigenburg, ten verzoeke van hun Schout. Pieter Jansz, dat die van het pausdom, in hun jurisdictie, geen vergaderingen of bijeenkomsten meer mochten houden, om oefeningen van hare religie te plegen.  Deze kerk is na de Reformatie over gegaan in Protestantse handen en wordt nu beheerd door de Stichting Vrienden van kerkgebouw Valkkoog.

Huidige Kerk Valkkoog

Huidige kerk Valkkoog

 

 

 

 

 

 

 

 

Bronvermelding:

Archief Christoforusparochie Schagen.

Bijzonderheden uit de Geschiedenis der Parochie van den H.Christophorus te Schagen door Chr. Philippona, deken en pastoor. Uitgave 1885. Drukkerij van het St.Jacobs-Godshuis.

Bijzonderheden over pastoors van Schagen uittreksel uit Bijdragen voor de Geschiedenis van het Bisdom Haarlem deel 13 door Chr. Philippona, deken en pastoor van Schagen uitgave 1886.

Samenstelling F.C.Bos